←back

←overview

←home


Window of opportunity

maart 2024

Geschreven bij een bijeenkomst van Eigen Werk, naar aanleiding van een willekeurig gegenereerd voorwerp (zonnebril) en een willekeurige emotie (angst).

Geen inhoudswaarschuwingen van toepassing.

Het is acht dagen en veertien uur geleden dat ze eindelijk weg is gegaan, en voor het eerst sindsdien schijnt de zon door de ramen. Het licht door de lamellen trekt lijnen over de troep op de vloer, een gestreepte deken over de chaos die zich hier heeft opgebouwd in alle tijd dat je niet meer in staat bent geweest om het op te ruimen. Het zachte licht doet het vriendelijker lijken. De zon is getuige van de vervuiling, en laat toch haar licht hier schijnen.
Je ziet je zonnebril op een van de vensterbanken liggen, een flits van herkenning, een overblijfsel uit fijnere dagen waarin je nog het huis uit ging, dagen op het strand met je ouders, een fietstocht door de duinen.
De zee is ver weg van waar je tegenwoordig woont. Deze druilerige woonwijk is geen uitnodigende plek om te wandelen. Maar toch, zou het niet fijn zijn om de warmte op je huid te voelen? Het staat je aan, zoals het afspoelen van je gezicht na een huilbui.
Met betere moed dan in tijden loop je naar de vensterbank, terwijl je in je hoofd je veters al strikt.
Maar dan aarzel je, halverwege de ruimte. Zag die zonnebril er altijd al zo onbekend uit? Is dit een symptoom van onwennigheid, of...
Wat als dit niet jouw zonnebril is, maar de oude van haar? Wat als dit weer een van de spullen is die ze heeft achtergelaten? Misschien hebben deze pootjes op het zachte plekje achter haar oor gelegen. Wat als het residu van haar zweet nog op het kunststof zit?
Je zou het kunnen controleren. Een merkje, een krasje, de vorm van de neussteun. Je zou met een paar stappen de bril in je hand kunnen nemen en deze bizarre twijfel de wereld uit helpen.
Tegelijkertijd word je misselijk van de kans dat je iets aan gaat raken wat van haar is geweest.
Een eindeloosheid in het midden van de woonkamer. Je wordt je bewust van het vette haar op je voorhoofd, de klamme plekken onder je oksels. Alles staat op pauze. Het antwoord ligt op drie stappen afstand, bijna binnen armlengte.
Ondertussen schuift de zon achter de wolken.

←back

←overview

←home